post

De Top van Mars

Marsfjället
"Hoog daarbovenuit torent Marsfjället en kijkt mij uitdagend aan. Zal ik overmorgen op de top van die berg staan?"
Oxbäcken
"De oversteek van het riviertje Oxbäcken is zonder meer idyllisch te noemen en het landschap er omheen dramatisch"
Tjäpsgielas
"Het bos is erg afwisselend. Dichte en open stukken worden afgewisseld door moerassen en meertjes"
Rendier
"Na een korte pauze kruisen een paar rendieren mijn pad. In tegenstelling tot de elanden, laten ze zich niet echt storen door mijn aanwezigheid"
Murfjället en Aunere
"Het pad verraadt menselijke aanwezigheid, maar daarbuiten is de natuur pure wildernis"
Samihut
"Ik speur het landschap rechts van me af en ontdek het einddoel van vandaag: een oude Samihut"
Tarp
"Een klein stukje van de hut vind ik een redelijk recht stuk met gras en daar zet ik mijn tarp op"
Wintervoorraad
"De Samihut is prachtig en vormt een magische oase in deze wildernis. Even verderop staat nog een hut voor de winterse voedselopslag"
Lichtkrans
"De volgende ochtend ben ik vroeg wakker. Vroeg genoeg om getuige te zijn van een prachtige zonsopkomst die de Samihut geheimzinnig van een aura voorziet"
Aunere
"Het uitzicht en het landschap zijn verbluffend mooi. Wederom die prachtige blauwe lucht, die brandende zon, de goudgele berken en de rode struiken"
Nedre Bleriken
"Als ik goed ben uitgerust en m’n rantsoen keks opgegeten heb, begin ik met de klim van de hoogvlakte naar de volgende stugan, de Marsfjällskatan. Eerst een stevige klim naar boven en langzaam stijg ik boven de meren Bleriken en Rissjön uit"
Bleriken en Rissjön
"langzaam stijg ik boven de meren Bleriken en Rissjön uit. De route is overduidelijk en kaarsrecht gemarkeerd met rode kruizen voor de skiërs in de winter"
Hoogvlakte
"Bovenop de hoogvlakte is de vegetatie en het landschap veranderd. En als je je fantasie met betrekking tot de planeet Mars op z’n beloop laat, dan ben je er nu aangekomen"
De toppen van Mars
"Om mij heen zie ik alleen maar kale, rotsachtige bergtoppen die boven de kale, rotsachtige hoogvlakte uit torenen. De wolkenpartijen en de blauwe lucht complementeren de blauwgrijze tinten daaronder"
Bergtoppen
"Er groeit bijna alleen maar gras, als er al iets groeit. Maar de uitbundige herfstkleuren zijn verdwenen. Af en toe laat een vogel zijn aanwezigheid merken en de rotsachtige ondergrond wordt af en toe afgewisseld door bergmeertjes en riviertjes"
Djupbäcken
"Voor het riviertje Djupbäcken ga ik even naar beneden om vlak daarna het hoogste punt van de dag op 1100 meter te bereiken. Vanaf nu gaat het alleen maar bergafwaarts richting Marsfjällskatan"
Hindes
"Vlakbij lopen twee rendieren, een moeder met een wat ouder kalf. Ze kijken steeds achterom en in plaats van om mij heen te lopen, komen ze juist steeds dichterbij"
Stier
"Aan de horizon kondigt de reden zich aan. Een grote stier toont zich geïnteresseerd in de hindes, maar de hindes hebben waarschijnlijk geen trek in hem"
1000 meter
"Bij de duizend meter aangekomen, veranderen de kleuren van het landschap van grijs, groen en blauw, naar de herfstkleuren geel, rood en bruin"
Marsfjället
"Het is opvallend hoe de vegetatie zo plots verandert"
Marsfjällskatan
"In de verte gloort de Marsfjällskatan"
Marsfjället
"en aan de linkerkant torent de Marsfjället boven de horizon uit"
Wit rendier
"De eerste paar kilometer zijn appeltje eitje en vergaap ik me aan een prachtig wit rendier dat als een soort talisman mij de weg wijst"
Marsliden
"zijn de toppen van de bergen bedekt met een dreigend grijs wolkentapijt. Door de wind aangewakkerd, wordt dit tapijt over de bergtoppen heen gejaagd"
De top van Mars
"Er zijn alleen maar rotsen, rotsen en nog eens rotsen. Ruim 500 meter stijging beklim je over deze rotsen en dat is best wel pittig"
Summit van Marsfjället
"Ik tref het enorm met het uitzicht. De grijze, dreigende wolken jagen net over de top heen, daaronder zie ik op het plateau en de hoogvlakte de zon schijnen"
Weerstation
"en een paar steile klauterpartijen later zie ik het weerstation opdoemen dat op de top van de berg gebouwd is"
Marsfjället
"Gelukkig gaat het nu rustig bergafwaarts over een goed pad terug naar de Marsfjällskatan"

Terwijl de NASA z’n best doet om de eerste mens op Mars te krijgen, neem ik alvast een voorproefje. Marsfjället, het Marsgebergte, is het hoogste gebied in het Zuid-Lapland van Zweden. Aan de linkerkant een ongerept oerbos, aan de rechterkant een uitgestrekt moeras, en in het midden een rotsachtige hoogvlakte met ruige bergtoppen. Er is veel wild, zoals de beer, wolf, veelvraat, steenarend en lynx. Maar ook de zeldzame poolvos, uilen, eland en uiteraard de rendieren van de Sami. Het alpiene klimaat zorgt voor de bijbehorende, kleurrijke vegetatie.

Geplande route

Geplande route

Een dag voor de wandeling komen we in Fatmomakke aan. Het museumdorp ligt er idyllisch bij. De zon, prachtige wolkenpartijen en de goudgeel getooide berken maken van het dorp een sprookje in deze oudenwijvenzomer. Na een wandeling door Fatmomakke parkeren we de Land Rover aan het meer om daar te overnachten. De volgende ochtend is het weer prachtig weer en om 10 uur ben ik klaar voor vertrek. De uitgestippelde route gaat eerst naar de schuilhut Blerikstugan en vervolgens naar de schuilhut Marsfjällskatan. Daarna is het de bedoeling de berg Marsfjället te beklimmen en dan weer terug naar Fatmomakke.

Marsfjället

Marsfjället

De afslag linksaf de berg op heb ik snel gevonden. Hier verlaat ik de bewoonde wereld om naar de wildernis te klimmen. Het pad gaat steil omhoog door het bos. Het lijkt op een soort brandgang, een corridor die je moet nemen om te kunnen ontsnappen aan de menselijke wereld. De klim vergt veel energie en wordt pas leuk als de steile klim afvlakt en de vegetatie van het bos verandert. De dennen maken langzaam plaats voor berken en de berken worden al snel kleiner en kleiner. Nog voor ik de top van Baune bereik, is er van bos geen sprake meer. Ik zit boven de boomgrens die hier al op nog geen 800 meter bereikt wordt. Op de top van de Baune werp ik mijn rugzak af om even bij te komen en te genieten van het fantastische uitzicht. Om mij heen stralen de goudgeel getooide berkenbossen in de zon. Hoog daarbovenuit torent Marsfjället en kijkt mij uitdagend aan. Zal ik overmorgen op de top van die berg staan?

Rendier in het bos

Rendier in het bos

Ik volg het pad naar beneden richting het bos. Baune is het hoogste punt dat ik vandaag zal bereiken. Hierna zal er van klimmen geen sprake meer zijn vandaag. Bij het riviertje Baunebäcken vul ik de fles water nog eens bij. De boomgrens heb ik weer bereikt en het pad duikt het berkenbos in. Amper heb ik een paar stappen in het bos gezet, als 2 elanden voor mij wegvluchten. Ze gaan snel, wat kunnen deze enorme beesten toch in korte tijd zo’n snelheid bereiken! Even later ontmoet ik een paar Siberische nachtegalen die even voor mij uit vliegen. Het bos is erg afwisselend. Dichte en open stukken worden afgewisseld door moerassen en meertjes. De oversteek van het riviertje Oxbäcken is zonder meer idyllisch te noemen en het landschap er omheen dramatisch. Het pad verraadt menselijke aanwezigheid, maar daarbuiten is de natuur pure wildernis. Na een korte pauze kruisen een paar rendieren mijn pad. In tegenstelling tot de elanden, laten ze zich niet echt storen door mijn aanwezigheid. Voorbij Tjäpsgielas wisselen de meertjes, moerassen en landschappen zich snel af tot ik het riviertje Tjukkejäps bereik. Ik speur het landschap rechts van me af en ontdek het einddoel van vandaag: een oude Samihut.

Oude Samihut

Oude Samihut

Het is nog vrij vroeg in de middag, maar toch besluit ik niet verder te gaan. De Samihut is prachtig en vormt een magische oase in deze wildernis. Even verderop staat nog een hut voor de winterse voedselopslag. Een klein stukje van de hut vind ik een redelijk recht stuk met gras en daar zet ik mijn tarp op. Bij de Samihut kook ik mijn avondrantsoen en geniet van de ondergaande zon. Onderweg heb ik wel last van mijn rug gekregen en ik merk dat dit niet over gaat nu ik de rugzak niet meer draag. In de slaapzak kan ik de slaap niet vatten en ik ben blij dat ik pijnstillers heb meegenomen. Dan gaat het ook nog eens regenen. Gelukkig niet hard, want de tarp is klein. De volgende ochtend ben ik vroeg wakker. Vroeg genoeg om getuige te zijn van een prachtige zonsopkomst die de Samihut geheimzinnig van een aura voorziet. Ik neem ruim de tijd om te genieten van mijn ontbijt en het stille landschap. Om een uur of 8 pak ik de rugzak op en loop terug naar de splinternieuwe brug over de rivier. Ik steek ‘m over en ben prompt de weg kwijt.

Aunere in een nevelring

Aunere in een nevelring

Vreemd. Aan de overkant van de brug bevind zich simpelweg geen enkel pad! Ik struin door het gras en de heide om me heen maar nog steeds geen enkel teken van een pad. Ik pak de GPS en kompas en bepaal de richting waar ik naar toe wil lopen. Na een minuut of 10 heb ik het pad weer teruggevonden en kan ik weer wat tempo maken. Voor me staat de helling van een pas die me naar de Blerikstugan moet brengen. Bij iedere stap heb ik de neiging om me heen te kijken. Het uitzicht en het landschap zijn verbluffend mooi. Wederom die prachtige blauwe lucht, die brandende zon, de goudgele berken en de rode struiken. Op deze pas komen veel rendieren in het voorjaar. Getuige de vele geweien die her en der verspreid liggen op de grond. Ik besluit een paar mooie geweien mee te nemen, maar moet onderweg steeds keuzes maken omdat ik steeds weer een mooier gewei tegenkom. Op de top van de pas verandert het landschap dramatisch. Geen uitgestrekte bossen en moerassen meer, maar bergen, meren en de Blerikstugan bepalen nu het uitzicht.

Nedre Bleriken

Nedre Bleriken

De weg naar gaat vrij snel naar beneden. Als ik bij de Blerikstugan ben aangekomen en de deur open, loop ik met mijn geweien op de rugzak vastgebonden, het deurtje van de noodtelefoon open en de hoorn valt eruit. Langgerekte tonen klinken uit de hoorn van de telefoon en ik leg snel de hoorn weer terug op de haak. Hopelijk word ik zo dadelijk niet teruggebeld… De stugan is goed uitgerust en gezellig. Er is dus een zendinstallatie voor de noodtelefoon en een generator buiten. Binnen kunnen minstens 10 mensen hun onderkomen vinden. Ik neem een lekkere middagpauze en ga op het matras liggen. De rugzak bezorgt me rugpijn en ik krijg het niet voor elkaar om de rugzak goed af te stellen. Als ik goed ben uitgerust en m’n rantsoen keks opgegeten heb, begin ik met de klim van de hoogvlakte naar de volgende stugan, de Marsfjällskatan. Eerst een stevige klim naar boven en langzaam stijg ik boven de meren Bleriken en Rissjön uit. De route is overduidelijk en kaarsrecht gemarkeerd met rode kruizen voor de skiërs in de winter. Voor de wandelaar in de zomer vormen ze een storend object in het landschap. Om de rechte lijn over de hoogvlakte te volgen, was een stapeltje stenen, een cairn, voldoende geweest. Maar goed, het is niet alleen een zomerpad, maar vooral ook een winterpad en in dat jaargetijde ben je blij met zulke markeringen.

De toppen van Mars

De toppen van Mars

Bovenop de hoogvlakte is de vegetatie en het landschap veranderd. En als je je fantasie met betrekking tot de planeet Mars op z’n beloop laat, dan ben je er nu aangekomen. Om mij heen zie ik alleen maar kale, rotsachtige bergtoppen die boven de kale, rotsachtige hoogvlakte uit torenen. De wolkenpartijen en de blauwe lucht complementeren de blauwgrijze tinten daaronder. Er groeit bijna alleen maar gras, als er al iets groeit. Maar de uitbundige herfstkleuren zijn verdwenen. Af en toe laat een vogel zijn aanwezigheid merken en de rotsachtige ondergrond wordt af en toe afgewisseld door bergmeertjes en riviertjes. In de verte zie ik af en toe aan de horizon een rendier. Ze zien mij ook en zorgen voor een grote afstand tussen mij en hen. De weg naar het zuiden lijkt eindeloos en blijft gestaag een beetje klimmen. Moederziel alleen voel ik me in mijn element, ik ben één met het landschap en diep onder de indruk.

Twee hindes

Twee hindes

Voor het riviertje Djupbäcken ga ik even naar beneden om vlak daarna het hoogste punt van de dag op 1100 meter te bereiken. Vanaf nu gaat het alleen maar bergafwaarts richting Marsfjällskatan. Vlakbij lopen twee rendieren, een moeder met een wat ouder kalf. Ze kijken steeds achterom en in plaats van om mij heen te lopen, komen ze juist steeds dichterbij. Aan de horizon kondigt de reden zich aan. Een grote stier toont zich geïnteresseerd in de hindes, maar de hindes hebben waarschijnlijk geen trek in hem. De hindes lopen steeds dichter naar mij toe, misschien met het doel op die wijze de stier van zich af te kunnen schudden. De stier trekt zich echter niets van mij aan en gaat gewoon door. Nu ken ik het gedrag van rendieren niet zo goed, maar ik besluit even stevig door te lopen in de hoop dat het gevolg me niet achterna gaat. Dat lukt. De stier drijft de hindes van mij vandaan en ik kan mijn weg hervatten.

Marsfjällskatan

Marsfjällskatan

Bij de duizend meter aangekomen, veranderen de kleuren van het landschap van grijs, groen en blauw, naar de herfstkleuren geel, rood en bruin. Het is opvallend hoe de vegetatie zo plots verandert. In de verte gloort de Marsfjällskatan en aan de linkerkant torent de Marsfjället boven de horizon uit. De weg naar beneden is nog best wel lastig vergeleken met de rotsachtige bodem op de hoogvlakte. Ik voel me blij als ik de Marsfjällskatan bereik. De hut is helemaal open en aangezien er verder niemand is, besluit ik om hier binnen te overnachten. Qua vorm lijkt de hut op een oude Samihut, zoals ik deze gisteren tegenkwam. Maar dit is een houten schuilhut die hier al lang staat en regelmatig verbouwd is om de tand des tijds te kunnen doorstaan, getuige de vele inscripties op het hout. Voordat ik ga slapen kijk ik hoe de zon achter de bergen ondergaat. De hemel kleurt knalrood en geeft een mystieke sfeer aan de bergen. ’s Nachts lukt het me weer niet om goed in slaap te komen van de rugpijn. De enige domper op deze fantastische tocht.

Ochtendgloren

Ochtendgloren

Als ik vroeg in de ochtend wakker word, zijn de toppen van de bergen bedekt met een dreigend grijs wolkentapijt. Door de wind aangewakkerd, wordt dit tapijt over de bergtoppen heen gejaagd. De hemel boven de hut is echter slechts lichtbewolkt en de donkere wolken lijken zich op te lossen. Ik berg de rugzak op in de hut waar de houtvoorraad ligt en neem alleen de meest essentiële spullen mee om de Marsfjället te beklimmen. De eerste paar kilometer zijn appeltje eitje en vergaap ik me aan een prachtig wit rendier dat als een soort talisman mij de weg wijst. Vooral zonder rugzak is de wandeling een verademing. Na het oversteken van een paar bergstroompjes, vertakt het pad zich. Naar rechts gaat het pad naar Marsliden, rechtdoor steil omhoog naar de top. Het pad is er niet meer. Alleen een markering van rode verf geeft aan welke richting je op moet lopen, maar het te volgen pad is geheel aan jou. Er zijn alleen maar rotsen, rotsen en nog eens rotsen. Ruim 500 meter stijging beklim je over deze rotsen en dat is best wel pittig. Intussen wordt de wind feller en frisser en een paar steile klauterpartijen later zie ik het weerstation opdoemen dat op de top van de berg gebouwd is. Ik klim door naar rechts en dan ben ik er. Ik sta boven op de top van Mars!

De top van Marsfjället

De top van Marsfjället

Ik tref het enorm met het uitzicht. De grijze, dreigende wolken jagen net over de top heen, daaronder zie ik op het plateau en de hoogvlakte de zon schijnen. Terwijl ik geniet van het verre uitzicht, maak ik foto’s en een filmpje. Zo ver als ik kijken kan vanaf deze bergtop, zie ik alleen maar wildernis. Eventueel menselijk leven houdt zich verborgen in de diepe dalen die aan mijn zicht zijn onttrokken. Vanaf deze berg kun je zien hoe groot dit natuurreservaat is. Als alles gezien en voor mijn gevoel beleefd is, klim ik weer voorzichtig naar beneden. Omhoog over rotsen is altijd gemakkelijker dan naar beneden. Soms zijn de rotsen glad en dreig ik uit te glijden, met als gevolg een scheurtje in mijn regenjas. Als de rotsen weer overgaan in een pad en gras, trillen mijn benen nog na van de afdaling. Nu pas merk ik hoe moe ik ben. Gelukkig gaat het nu rustig bergafwaarts over een goed pad terug naar de Marsfjällskatan.

Marsfjället in de wolken

Marsfjället in de wolken

Als de Marsfjällskatan in zicht is, ontwaar ik in de verte een wandelaar. Het duurt even voordat het kwartje valt, maar dan zie ik plots mijn vriendin voor me. We zouden elkaar op het pad voorbij de schuilhut ontmoeten, dus is het voor mij een prettige en emotionele verrassing haar reeds hier aan te treffen. Samen lopen we terug en rusten we uit in de zon bij het hutje en drink ik nog een fles water leeg. In de hut heeft iemand anders al spullen neergelegd en heeft een ander pad gekozen dan de onze. Ik pak mijn rugzak in en we beginnen de afdaling over het laatste deel van het pad naar Fatmomakke. Langzaam verandert de wildernis en transformeert zich naar de nukken van de mens. Onderweg komen we nog enkele wandelaars tegen. De eerste vrouw maakt een dagtochtje en de tweede vrouw lijkt de moeder te zijn van de derde jonge vrouw die haar volgt in volledig jagerstenue met 2 perfect afgerichte jachthonden. Soms lijkt de terugtocht in de beschaafde wereld een beetje onwerkelijk.


Lees meer over…